DE FATALE DAG
De volgende morgen gingen we in noordelijke richting op pad om te kijken of we ze konden opsporen. En op zo'n wilde-zwijnenpaadje zeg maar, dat zich zo omhoog de berg op slingert, zagen we in de verte Indonesiërs, waarvan we dachten dat ze op ons afkwamen. Wij in hinderlaag, iedereen liggen en wapens schietklaar, maar er kwam niemand. In werkelijkheid bleek dat de Indonesiërs juist van ons wegliepen. We vonden even later wel het bivak dat ze kennelijk net tevoren hadden verlaten.
We trokken dus verder, ik voorop met Mannie. Het was echt toeval dat juist hij daar liep en plotseling kwam er een groep van een man of vijftien, twintig, luid gillend en schreeuwend van de heuvel op ons afstormen. We konden geen kant op, links en rechts ravijn. Gelijk een stuk vuur van automatische wapens over ons heen en ik zie nog zo voor me, dat Mannie wordt getroffen. Ik weet nog dat ik dacht: Dat is niet best, want hij bewoog gelijk niet meer."
Als de vijand na een kort maar hevig vuurgevecht op de vlucht is geslagen, constateert een ziekenverpleger dat hij voor Mannie niets meer kan doen. Hij richt dan zijn aandacht op de pelotonscommandant, die bij deze actie ernstig aan z'n rechterarm gewond is geraakt.
Woortman: ,, Ik had het eerst niet eens in de gaten dat ik een schot in m'n elleboog had gekregen. Ik merkte het pas toen ik wilde opstaan en m'n arm bleef liggen. Die zat alleen nog met wat spiertjes en peesjes vast.
Woortmans carrière als marinier was met deze actie meteen afgelopen. Wel kon zijn arm korte tijd later nog worden aangenaaid, ,, maar helemaal lekker zat het natuurlijk niet meer." Hij is nu psychotherapeut bij de medische dienst van de marine.
HET VERDRIET VAN DE NABESTAANDEN
Ted hoorde dezelfde dag in Sorong over de radio dat zijn vriend was gesneuveld. ,,Ik moest 's nachts wachtlopen en ik heb in m'n schuttersputje een paar uur zitten huilen. Alle emoties kwamen boven, ik was helemaal over m'n toeren. Een maatje heeft me nog gekalmeerd. Ik zat vol haat dat ik zelf heb gevraagd of ik nog een paar keer mee mocht op patrouille, het duurde toch nog een paar dagen voordat alle vijandelijkheden werden gestaakt. Normaal was ik niet zo bloeddorstig, had ik me het liefst weleens onder de grond willen verstoppen, maar toen had ik iets van: kom maar op. Met al die frustaties was het ook wel moeilijk, want dan had je zo'n stel jongens opgespoord en dan vielen die lui meteen op hun knieën; Toean Tida Pasang - meneer niet schieten - Nou, ik had ze het liefst voor hun donder geschoten, maar dat mocht niet."
Toen hij terugkwam in Holland, duurde het toch nog een paar weken voordat Ted zich bij de ouders van Mannie durfde te vertonen. Die eerste keer bleef hij maar een minuut of tien. ,, Ik wist niet wat ik moest zeggen en ik herinnerde me maar al te goed wat ik tegen die vader had gezegd, de dag dat ik Peter naar het station bracht."
Ook voor Peters meisje kon Ted niets doen. Ze kwam een keer bij hem op bezoek, maar hij slaagde er niet in haar te troosten. ,,Toen ik nog in Nieuw-Guinea zat, kreeg ik een brief van haar. Die heb ik altijd bewaard." Hij vouwt een verkreukelde luchtpostbrief open.
,,........Ik geloof niet dat iemand weet wat een klap ik heb gehad door de dood van Peter. Je moet maar niet naar mijn handschrift kijken, want ik moet deze brief op bed schrijven omdat ik ziek ben. Ted, het is vandaag precies een jaar geleden dat ik Peter voor het laatst gezien heb. Ted, kun je mij niet schrijven hoe het precies gebeurd is want dit is niet te dragen zo. Was hij meteen dood of heeft hij nog wat gezegd. Heeft hij veel pijn gehad. Ted, jij weet toch hoeveel ik van Peter gehouden heb, meer als wie dan ook...."
Jaren geleden al heeft vader Mannie alle brieven van zijn zoon op een na weggegooid. Alsof hij hiermee ook zijn verdriet aan de vuilnisman mee kon geven. ,,Al die herinneringen, ik ging er aan kapot."
Ook Peters legerkleren zijn opgeruimd. ,,Elk jaar weer die verdrietige gedachten als je ze ging luchten, want als je ze bewaart, moet je ze ook onderhouden," zucht zijn vrouw.
Vader: ,,Ik denk toch nog dagelijks aan Peter. Ook nu weer met al die oorlogen, dan ga je extra zitten piekeren. Dan denk je: Die gesneuvelden hebben ook ouders en meisjes."
Moeder: ,,We bidden nog steeds voor hem, hij hoort er gewoon bij. We bidden dat hij gelukkig mag zijn, daar waar hij is. Ik geloof ook dat God er een bedoeling mee heeft gehad, ik weet niet welke, misschien dat we daar nog eens achter komen."
Soms komt Peter in de knusse woonkamer weer even tot leven. Dat is als bij speciale gelegenheden het 45-toerenplaatje wordt opgezet dat de ouders in december 1961 vanuit Nieuw-Guinea als kerstgroet kregen toegestuurd. Vandaag is zo'n speciale dag. Met bevende handen zoekt vader Mannie de begingroef, wat na secondenlang gekras lukt. Dan zegt zijn gesneuvelde zoon ineens: ,, Hallo thuis, dit is weer eens iets anders zo, ik heb nooit gedacht dat ik zo nog eens de groeten zou doen. Dit is de eerste en de laatste Kerst in de tropen en deze zal ik nooit vergeten. (...) Volgend jaar hoop ik bij jullie te zijn bij de kachel of met m'n warme jas aan. Pap, mam, de beste wensen van mij en tot ziens.
Zie ook In Memoriam:
Marinier 2 z/m Peter Mannie geboren op 16 maart 1942 werd uitgezonden op 2 oktober 1961 naar Ned.Nieuw-Guinea.
In Manokwari kreeg Peter Mannie zijn 4 maanden lange jungle- en amfibische opleiding waarna hij geplaatst werd bij het 41e Inf.Cie te Manokwari. In 1962 werd Marinier 2 z/m Peter Mannie geplaatst bij het Verkenings & Inlichtingen Peloton 4 van het 41e Inf.Cie uit Manokwari.