| | | |
Pagina 4, van Paul Borkent Paul Borkent in 1991 in het VD station te Merauke met een korporaal van het Indonesische leger. In 1991, 30 jaar later, stond er een advertentie in de krant van ene Harry de Graaf, waarin hij ex-militairen van het 6e Inf.Bat opriep deel te nemen aan een reis terug naar NNG. Het waren onze laatste centen maar ik heb me onmiddellijk opgegeven, samen met mijn vrouw. Het grote toeval wilde dat ook Wim Wagenaar, telegrafist Fak Fak van mijn lichting meereisde. Het werd een onvergetelijke reis. Met een groot lux passagiersschip voeren we van Jakarta via Celebes naar Hollandia, waar de groep met vliegtuigjes de diverse kazerneplaatsen als Fak Fak, Kaimana , Sorong, Manokwari en Biak bezocht; ik vloog samen met mijn vrouw naar Merauke omdat ik de enige Meraukemilitair was en het te ver uit de route was en te duur om met de hele groep naar daar naar toe te gaan. Merauke was onherkenbaar veranderd. De prachtige hoofdweg langs de kazerne naar de haven met z'n enorme bomen aan weerszijden was van al zijn bomen ontdaan. Er waren veel nieuwbouwwijken, het inwonertal was gegroeid van 3000 in 1961 tot 30.000 in 1991. Het meest opvallende was dat je bijna geen papoea's zag. Het bleek dat die de bush in waren gejaagd door de Indonesische emigranten die daar, met wat geld van de regering als subsidie, het overbevolkte Java waren ontvlucht om hier in NNG de mooie stukjes grond en baantjes in te pikken.Het voetbalveldje tegenover de kazerne lag er nog. Het pad daarlangs naar het strand kon ik niet vinden. Via een andere weg ben ik wel in kampong Lampoe Satoe terechtgekomen; dar was in feite niets veranderd. Armoedige houten huisjes onder de palmbomen langs het strand. Geen van de inwoners herkende dorpsgenoten op de foto's uit 1961 die ik meegenomen had. Maar ja, er zaten 30 jaren tussen ( of te wel 60 tropenjaren ). En dat verandert ook een papoea qua uiterlijk. Toen ik langs de kazerne liep zag ik op het terrein veel vrouwen en kinderen. Het bleek dat de militairen met hun hele gezien op de kazerne woonden. Eén vrouw zag ons en zag klaarblijkelijk dat wij Belanda's waren want ze kwam aan het hek staan en vertelde in gebrekkig Nederlands dat zij de werkster van kapitien Snoeck was geweest. Zij kreeg het bij de commandant van de kazerne voor elkaar dat ik het kazerneterrein op mocht, en , bij wijze van hoge uitzondering, één foto van het ( niet meer in gebruik zijnde ) VD-station mocht maken. Een korporaal ging met ons mee met een bos sleutels om een aantal sloten open te maken ( er hingen meerdere kettingen aan de deur ) en daarna gingen de buitendeuren open. Het eerste wat ik zag was een Angry-9 die in de hoek van de codekamer lag, alsof hij nooit meer gebruikt is sinds wij daar vertrokken zijn. Ook een seinsleutel zat nog op de plek waar die altijd heeft gezeten. Ik heb daar nog even achter plaats genomen en er een roffel op gegeven; een héél bijzonder moment ! UIteraard heb ik meerdere plaatjes geschoten. 's Avonds kwam die ex- werkster van kapt. Snoeck ons samen met een dochter opzoeken op onze hotelkamer in het ouwe hotel Asmat, dat er in onze tijd ook al was. Al gauw bleek dat de reden van haar bezoek niet was om eens gezellig over temp doeloe te kletsen, nee, ze kwam geld vragen voor de studie van haar dochter. Ik heb haar dacht ik 25 gulden toegestopt maar erg blij keek ze niet. Ze had meer verwacht van zo'n schatrijke blanke, kon ik merken. Wel jammer ( maar ook begrijpelijk ) dat het in ontwikkelingslanden vaak normaal is dat het inwoners die contact met je zoeken vaak alleen om geld is te doen.Dit was mijn verhaal over NNG. Ik schreef het als antwoord op het verzoek van Koos Levering om ook over de Landmacht periode in Merauke te verhalen. Mochten er ex tlg'ers zijn die wilen reageren of iets aan te vullen of te corrigeren hebben op mijn verhaal dan kan dat naar mijn e-mailadres: borkentp@zeelandnet.nl Paul Borkent
|
|
| carol.magermans@gmail.com |
| |
|
| | | |