Op 25 januari 2008 onthulde luitenant-generaal der mariniers R.L.Zuiderwijk, commandant Zeestrijdkrachten, een bronzen gedenkplaat waarop de namen vermeld staan van 15 mariniers die in de periode 1942-1954 in Nederlands- Indië en Nederlands Nieuw- Guinea zijn omgekomen en van wie de laatste rustplaats niet aanwijsbaar is. Deze gedenkplaat, een initiatief van de Oorlogsgravenstichting, bevindt zich op het Nederlandse ereveld Kembang Kuning in Surabaya Indonesië.
Die dag verzamelden zich ongeveer 50 belangstellenden op het ereveld Kembang Kuning.Hieronder bevonden zich ook Indonesische gasten en vertegenwoordigers van de Indonesische marine. Zij werden welkom geheten door de heer P.Steenmeijer, Directeur Indonesië van de Oorlogsgravenstichting. Generaal Zuiderwijk, die voor een dienstreis in Indonesië verbleef, werd bereid gevonden de gedenkplaat met de namen van de 15 mariniers te onthullen.Na de onthulling legde de Nederlandse consul, mevrouw S.Pangkey, namens het Koninkrijk de Nederlanden een krans bij de gedenkplaat. Vervolgens legde generaal Zuiderwijk een krans namens de Koninklijke Marine. Tot slot werden nog twee kransen gelegd, een namens het Contact Oud-Mariniers en een namens de Vereniging Oud-Mariniers, waarna een minuut stilte in acht werd genomen. Op verzoek van de heer Steenmeijer defileerden de gasten langs het nieuwe monument en werden zij in de gelegenheid gesteld bloemen te strooien.
De gedenkplaat is mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van de Lamers- Van Nass Trofee.
Na de onthulling bezocht generaal Zuiderwijk tijdens een rondgang over het ereveld Kembang Kuning oa. het Karel Doorman monument en het in 2007 onthulde Vlootmonument. Hij liet zich daarbij door de heer Steenmeijer uitgebreid informeren over de werkzaamheden van de Oorlogsgravenstichting in Indonesië.
De Oorlogsgravenstichting streeft ernaar de namen van Nederlandse oorlogsslachtoffers van wie de laatste rustplaats niet (meer ) aanwijsbaar is, te vermelden op gedenkplaten.
"Namen zijn voor nabestaanden altijd en steeds weer het enige dat nog overblijft als zichtbare, hoorbare, en herdenkbaar herinnering, aan hen hun dierbare familieleden, die hun leven gaven in de oorlog. Namen op een graf zijn belangrijk. Namen van degenen zonder graf moeten eveneens zichtbaar zijn daar waar mensen bijeenkomen om werkelijk te kunnen gedenken en te kunnen herdenken." Aldus een citaat van de heer N.G.W.Buis, president van de Oorlogsgravenstichting, uitgesproken bij de onthulling van 15 bronzen naamplaten die aangebracht zijn op het Karel Doormanmonument in 2006.
Tekst en foto's Oorlogsgravenstichting.